In Arbeidsrecht

Wet arbeidsmarkt in Balans (WAB): veranderingen t.a.v. flexibele arbeid

Door Sjoerd van Ierssel, geplaatst op 17 mei 2019 in Arbeidsrecht

Op 9 april 2018 is de Wet arbeidsmarkt in Balans (hierna: WAB) ter internetconsultatie voorgelegd. Onlangs hebben wij u reeds geïnformeerd omtrent hetgeen de wetgever met dit wetvoorstel heeft beoogd ten aanzien van het ontslagrecht. Vandaag berichten wij u over de op drie onderdelen aangedragen veranderingen op het gebied van de flexibele arbeid, namelijk op het gebied van de ketenbepaling, oproepovereenkomsten en payrolling.

Ketenbepaling

Om de onder het huidige recht geldende knelpunten op te lossen binnen de ketenbepaling, stelt de regering hiervoor een drietal wijzigingen voor:

  1. Een verlenging van de maximumtermijn van twee jaar naar drie jaar;
  2. Introductie van de mogelijkheid om bij cao de tussenpoos te verkorten naar drie maanden indien het terugkerend tijdelijk werk betreft;
  3. Een uitzondering van de ketenbepaling voor invalkrachten in het primair onderwijs die invallen in verband met vervanging wegens ziekte.

Oproepovereenkomsten

De regering wil daarnaast de positie van oproepkrachten met een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht versterken, gezien hun inkomensonzekerheid en onzekerheid omtrent de arbeidsomvang. Daarom stelt de regering voor dat de werkgever, ingeval van onzekerheid omtrent de arbeidsomvang, de werknemer minstens vier dagen van te voren moet oproepen. Doet de werkgever dit niet, dan hoeft de werknemer geen gehoor te geven aan deze oproep. Eveneens wordt voorgesteld dat wanneer de oproep binnen vier dagen voor aanvang van de werkzaamheden wordt ingetrokken, de werknemer recht heeft op loonbetaling over de periode waarvoor hij opgeroepen is.

“De regering stelt dat payrolling niet als instrument mag worden gebruikt om te concurreren op arbeidsvoorwaarden.”

Ingeval van het voorkomen van permanente beschikbaarheid van oproepkrachten, sluit de regering aan bij de cao Verpleeg- en verzorgingstehuizen en thuiszorg (hierna: VTT) en bij de cao Geestelijke Gezondheidszorg (hierna: GGZ). In deze cao’s is namelijk een regeling opgenomen dat een werkgever, wanneer de arbeidsovereenkomst 12 maanden heeft geduurd, gehouden is om de werknemer in de 13e maand een aanbod te doen voor vaste uren die ten minste gelijk is aan de gemiddelde omvang van de arbeid per maand in die voorafgaande periode van 12 maanden. Doet de werkgever dit niet dan heeft de werknemer recht op niet-genoten loon vanaf de uiterlijke datum waarop de werkgever het aanbod had moeten doen.

Als laatste maatregel wordt voorgesteld dat de werknemer een opzegtermijn heeft gelijk aan de oproeptermijn van de werkgever (vier dagen).

Payrolling

De regering stelt dat payrolling niet als instrument mag worden gebruikt om te concurreren op arbeidsvoorwaarden. Om dit te voorkomen stelt de regering voor dat bedrijven, die zich bezig houden met payrollen, verplicht zijn om dezelfde arbeidsvoorwaarden aan te bieden aan de werknemers die zij ter beschikking stellen, als aan de werknemers die zij rechtstreeks in dienst hebben.

Heeft u vragen over dit artikel of wilt u meer weten? Neemt u dan gerust contact op met een van onze arbeidsrechtspecialisten (telefonisch: 0495 – 536138 of per e-mail: sierssel@abenslag.nl of tzusterzeel@abenslag.nl)

Sjoerd van Ierssel

Voor alle vragen op het gebied van het arbeidsrecht is Sjoerd van Ierssel de aangewezen contactpersoon. Om zich verder in dit rechtsgebied te kunnen verdiepen, heeft hij de specialisatieopleiding arbeidsrecht bij Grotius gevolgd (2004).