In Arbeidsrecht

Slapende dienstverbanden nog toegestaan?

Door Sjoerd van Ierssel, geplaatst op 29 april 2019 in Arbeidsrecht

Een werknemer na 2 jaar (104 weken) ziekte, inclusief doorbetaling van loon, ook nog een ontslagvergoeding (ook wel transitievergoeding) betalen? Dit systeem, dat vanaf de invoering van de WWZ realiteit is, wordt door talrijke werkgevers als onrechtvaardig ervaren. De oplossing is door werkgevers gevonden in slapende dienstverbanden: het in dienst houden van een werknemer zonder dat hij/zij werkzaamheden verricht en zonder dat aan werknemer loon hoeft te worden betaald. Bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd van werknemer kan vervolgens de arbeidsovereenkomst zonder betaling van een transitievergoeding worden beëindigd.

Slapende dienstverbanden toelaatbaar?

Werknemers zijn het hier niet mee eens en geven daartoe onder meer aan dat slapende dienstverbanden in strijd zijn met de verplichting van ‘goed werkgeverschap’ (art. 7:611 BW). Daartegenover stellen werkgevers (o.a.) dat er geen wettelijke verplichting bestaat om een werknemer na twee jaar ziekte te ontslaan. Dat het onduidelijk is welke zienswijze doorslaggevend is, volgt uit de (alleen al in 2019 vier*) uiteenlopende beoordelingen van rechters op die vraag.

Prejudiciële vragen aan de Hoge Raad

Ook de kantonrechter in Roermond stond voor eenzelfde situatie.** De kantonrechter Roermond is van mening dat de ogen niet gesloten kunnen worden voor de financiële gevolgen voor werknemers met een slapend dienstverband. Daarentegen constateert de kantonrechter dat de weg naar de rechter voor het vaststellen van ernstige verwijtbaarheid door werkgever en schending van goed werkgeverschap onzeker is. Deze onzekerheid resulteert volgens de kantonrechter in een maatschappelijke behoefte aan handvaten voor zowel werknemers, werkgevers als de rechtspraktijk. Redenen genoeg om (prejudiciële) vragen over het slapende dienstverband voor te leggen aan het hoogste gerecht van Nederland (de Hoge Raad). Kan een werkgever op verzoek van een werknemer (met gebruikmaking van de omgekeerde Stoof/Mammoet-maatstaf) gehouden zijn de arbeidsovereenkomst in geval van een slapend dienstverband te beëindigen vanwege de norm van goed werkgeverschap? En kan een werkgever, indien dit het geval is, vervolgens gehouden zijn een transitievergoeding te betalen?

De Hoge Raad zal de komende tijd met vier vragen van de kantonrechter aan de slag gaan. De gemiddelde duur van beantwoording ligt rond de zes à twaalf maanden. Zodra er meer informatie is, houden wij u vanzelfsprekend op de hoogte. Heeft u tussentijds vragen over slapende dienstverbanden? Neem gerust contact met ons op.

* Rechtbank Limburg 30 januari 2019, ECLI:NL:RBLIM:2019:855 / Rechtbank Overijssel 21 maart 2019, ECLI:NL:RBOVE:2019:1021 / Rechtbank Den Haag 28 maart 2019, ECLI:NL:RBDHA:2019:3109 / Rechtbank Limburg 3 april 2019, ECLI:NL:RBLIM:2019:3068

** Rechtbank Limburg 10 april 2019, ECLI:NL:RBLIM:2019:3331

Sjoerd van Ierssel

Voor alle vragen op het gebied van het arbeidsrecht is Sjoerd van Ierssel de aangewezen contactpersoon. Om zich verder in dit rechtsgebied te kunnen verdiepen, heeft hij de specialisatieopleiding arbeidsrecht bij Grotius gevolgd (2004).