In Handelsrecht & procederen

Herziening beslag- en executierecht: beslaglegging gaat vanaf 1 oktober 2020 minder ver

Door Fleur van Helmond, geplaatst op 7 oktober 2020 in Handelsrecht & procederen

Nederlandse voorzieningenrechters beslissen relatief makkelijk en snel over een verzoek van een schuldeiser om beslag te mogen leggen. De beslaglegging en executie zal met het intreden van een nieuwe wet in de toekomst toch minder ver gaan. Op 2 juni 2020 heeft de Eerste Kamer de “Wet herziening beslag- en executierecht” als hamerstuk afgedaan.

De Wet herziening beslag- en executierecht voorziet in wijzigingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Faillissementswet, waarbij kort gezegd is ingezet op bescherming van het bestaansminimum van de schuldenaar, het moderniseren van de wetgeving en tegengaan van beslaglegging enkel als pressiemiddel.

De wet treedt gefaseerd in werking. De eerste fase is op 1 oktober 2020 in werking getreden. Deze eerste fase ziet vooral op beslaglegging op roerende zaken. Een aantal belangrijke wijzigingen ingegaan op 1 oktober 2020 verdienen bespreking.

Beslaglegging niet toegestaan als kosten hoger zijn dan te realiseren baten

Het is niet langer toegestaan om beslag te leggen op zaken, waarbij voorzienbaar is dat de opbrengst die daaruit gerealiseerd kan worden minder is dan de kosten van de beslaglegging en executie. De vordering op de schuldenaar zal met de executie van de roerende zaken niet afnemen. De beslaglegging heeft in dat geval geen “verhaalsfunctie”. Met deze wetswijziging dient de deurwaarder een kosten/baten-afweging te maken bij beslaglegging op roerende zaken. Er bestaat één uitzondering: indien de schuldeiser/beslaglegger aannemelijk kan maken dat de schuldenaar door het beslag en de executie daarvan niet op onevenredig zware wijze in zijn belangen wordt getroffen. Daarmee wordt een schuldenaar die wel kan maar niet wil betalen, niet beschermd.

Beslaglegging op inboedel en levensmiddelen

In de huidige regeling over beslag op roerende zaken is niet precies duidelijk op welke zaken van de schuldenaar precies beslag gelegd mag worden, zoals de inboedel. Door de wetswijziging wordt beoogd meer duidelijkheid te geven over waarop beslag mag worden gelegd. Daarbij is in ogenschouw genomen wat in de huidige maatschappij nodig is voor een menswaardig bestaansminimum.

Geen beslag mag daarom worden gelegd op “niet-bovenmatige inboedel” van de schuldenaar. Het aangepaste artikel 447 Rv geeft een opsomming van zaken waarop geen beslag gelegd mag worden. Het gaat dan om zaken die voorzien in de algemene dagelijkse levensbehoeften, zoals kleding, levensmiddelen en persoonlijke verzorging. De wetgever geeft aan dat het daarbij gaat om zaken die doorgaans geen vermogenswaarde vertegenwoordigen en daarom niet interessant zijn als verhaalsobject. Beslag op kunst en sieraden blijft wel mogelijk.

Executieverkoop roerende zaken via internet

Voor onroerende zaken is het al een aantal jaar mogelijk om de executieverkoop via internet te laten plaatsvinden. Veilen via internet is nu ook mogelijk voor roerende zaken. Aankondigingen van veilingen kunnen nu ook via internet plaatsvinden.

Op 1 januari 2021 en 1 april 2021 staan een tweede en derde fase gepland. De dan geplande wijzigingen in het beslag- en executierecht zullen te zijner tijd besproken worden. Mocht u vragen hebben over de ingegane wijzigingen, dan kunt uiteraard contact met ons opnemen via 0495-536138.