In Handelsrecht & procederen

De rechter kan binnenkort betalingsregelingen opleggen!

Door Aben Slag, geplaatst op 18 januari 2023 in Handelsrecht & procederen

Op dit moment staat in artikel 6:29 van het Burgerlijk Wetboek opgenomen dat de schuldenaar alleen met instemming van de schuldeiser het verschuldigde in gedeelten kan voldoen (een betalingsregeling overeenkomen). In geschillen die voor de rechter komen, kan de rechter dan ook alleen met medewerking van de schuldeiser een betalingsregeling treffen. Met het Wetsvoorstel “Wet opleggen betalingsregeling door rechter” wordt voor de rechter een mogelijkheid gecreëerd om tegen de wil van de schuldeiser een betalingsregeling op te leggen. 

Incassozaken worden doorgaans behandeld door de kantonrechter. Schuldenaren geven bij de kantonrechter steeds vaker aan dat zij wel willen betalen, maar dit niet in één keer kunnen. Rechters hebben daarom behoefte aan het kunnen opleggen van een betalingsregeling. De wet biedt hier op dit moment echter geen mogelijkheid toe. Artikel 6:29 BW vereist instemming van de schuldeiser. De schuldeiser bepaalt of, en zo ja, onder welke voorwaarden er een betalingsregeling met de schuldenaar wordt aangegaan. 

Met het nieuwe wetsvoorstel wordt aan artikel 6:29 BW een tweede lid toegevoegd, met de volgende tekst:

“In afwijking van het eerste lid kan de rechter, wanneer naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet van de schuldenaar kan worden gevergd dat hij een verschuldigde geldsom in een keer betaalt en de schuldeiser niet onevenredig wordt benadeeld, een betalingsregeling opleggen. De rechter stelt partijen vooraf in de gelegenheid zich over de regeling uit te laten.”

Het artikel biedt de mogelijkheid om ook tegen de wil van een schuldeiser een betalingsregeling op te leggen wanneer het op grond van de redelijkheid en billijkheid niet van de schuldenaar kan worden gevergd dat hij zijn vordering in één keer betaalt. Hierbij mag dan geen sprake zijn van onevenredige benadeling van de schuldeiser en dienen beide partijen zich over de regeling te kunnen uitlaten.

De wetgever kan dus ‘maatwerk’ leveren en rekening houden met persoonlijke omstandigheden van de schuldenaar. De wetgever spreekt de verwachting uit dat door toevoeging van dit tweede lid aan artikel 6:29 BW meer schuldenaren naar de rolzitting komen dan wel schriftelijk reageren, zodat het aantal zaken dat bij verstek wordt afgedaan zal dalen. Daarnaast is de verwachting van de wetgever dat de schuldeiser in de minnelijke fase sneller bereid is een betalingsregeling overeen te komen zodat een gerechtelijke procedure wordt voorkomen. 

De adviescommissie van de Nederlandse Orde van Advocaten heeft bedenkingen bij dit wetsvoorstel. De commissie stelt dat de belangen van de schuldeiser onvoldoende in ogenschouw worden genomen. Ook acht de commissie het onwenselijk dat de rechter de bevoegdheid krijgt ingrijpende wijzigingen aan de brengen in een overeenkomst tussen schuldeiser en schuldenaar.  

De internetconsultatie is op 14 september 2022 gesloten. Op dit moment is nog niet duidelijk of en op welke termijn de wet in werking zal treden. De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen heeft de verwachting uitgesproken dat het wetsvoorstel voor de zomer van 2023 kan worden ingediend bij de Tweede Kamer. Wij houden u op de hoogte.

Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen? Neem dan contact met ons op via 0495-536138. 

Aben Slag

Aben & Slag Advocaten is een vooraanstaand advocatenkantoor met een groot aantal juridische specialisten ondersteund door een sterke back office. De ideale partner voor al uw juridische zaken.