
Alimentatieduur wordt beperkt!
De Eerste Kamer heeft op 21 mei 2019 ingestemd met het wetsvoorstel herziening partneralimentatie. Dit initiatiefvoorstel van de Tweede Kamerleden Van Wijngaarden (VVD) , Kuiken (PvdA) en Groothuizen (D66) beperkt de duur van de partneralimentatie. Eerder was de Tweede Kamer al akkoord gegaan met het voorstel, nadat er een aantal wijzigingen in aangebracht waren.
Nieuwe regeling vanaf 1 januari 2020
De duur van de partneralimentatie wordt de helft van de duur van het huwelijk met een maximum van vijf jaar.
Daarop zijn twee wettelijke uitzonderingen:
- langdurige huwelijken en
- huwelijken met jonge kinderen.
Ad a:
Bij huwelijken, die langer dan vijftien jaar geduurd hebben en waarbij de leeftijd van de alimentatiegerechtigde ten hoogste tien jaar lager is dan de AOW-leeftijd, wordt de duur van de partneralimentatie maximaal tien jaar.
Alimentatiegerechtigden van 50 jaar en ouder die langer dan vijftien jaar zijn getrouwd, hebben recht op tien jaar alimentatie. Deze extra maatregel vervalt na zeven jaren.
Ad b:
Bij huwelijken met kinderen, die de leeftijd van twaalf jaar nog niet hebben bereikt, wordt de duur van de partneralimentatie gekoppeld aan de leeftijd van het jongste kind; wanneer het kind 12 jaar wordt, eindigt de alimentatieverplichting.
Uitzonderingen mogelijk?
In het voorstel is een hardheidsclausule voor schrijnende gevallen opgenomen en is voorzien in overgangsrecht.
Ook worden de berekeningen van de behoefte en draagkracht, die aan de beschikking over het verstrekken van levensonderhoud ten grondslag liggen, verstrekt aan de verzoeker en de in de procedure verschenen belanghebbenden.
Inwerkingtreding
Lopende alimentatieverplichtingen worden niet geraakt door de nieuwe wet.
De nieuwe regels zijn slechts van toepassing op een uitkering tot levensonderhoud die op of na het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet herziening partneralimentatie tussen partijen is overeengekomen.
De nieuwe regels gaan vanaf 1 januari 2020 gelden.
